Literatuur
- Haslinghuis, E.J. & H. Janse, Bouwkundige termen. Verklarend woordenboek van de westerse architectuur- en bouwhistorie. Leiden (Primavera Pers), 19973e druk, sterk uitgebreid [644 blz. ISBN 90.74310.33.8]. Hierin o.a."Trekbalk": blz. 468
- Sapin, Christian (red.), Les prémices de l'Art Roman en Bourgogne. D'Auxerre à Cluny, les premiers édifices romans après l'an mil. Auxerre (Centre d'Études médiévales), Précy-sous Thil (Éditions de l'Armançon), 1999. [157 blz. ISBN 2.84479.003.8]. Hierin vooral hoofdstuk 3 "Des matériaux et des techniques", paragraaf "Le bois": blz. 90-92 [trekbalken, vanaf de 13de eeuw trekstangen (blz. 91), werden bij de bouw aangebracht als koppeling tussen de aanzetten van bogen en gewelven, om extra stabiliteit te geven tijdens het verhardingsproces van de mortel. Soms werden deze veiligheidshalve later niet verwijderd. Voorbeelden uit XI, o.a. Tournus, waar op foto XIXd nog trekbalken aanwezig zijn in de scheibogen en in een gordelboog van de zijbeuk]
- Tolboom, H.J., Venstertraceringen in Nederland. Deel in de serie 'Restauratievademecum, RV-bijdrage' nr 18. Zeist (Rijksdienst voor de Monumentenzorg), 's-Gravenhage (Sdu-Uitgeverij), 1998. [111 blz. ISBN 90.12.08605.1]. Hierin "Formelen": blz. 68 ("Formelen. In het nooit voltooide schip van de Hooglandse kerk in Leiden is een eikenhouten balk met daarop wat gestapelde stenen als formeel gebruikt. Het formeel is alleen nooit weggenomen, daar men het werk nimmer voltooid heeft. [....]")
- Janse, H., Houten kappen in Nederland. Delft, Zeist, 1989 [ ISBN 90.6275.549.6]. Hierin pag. 169